Derde zondag na Pinksteren
Epistel
Petr. 5, 6-11
Veelgeliefden, buigt
u nederig onder de machtige hand van God; dan zal Hij u verheffen op de dag van
de bezoeking.
Werpt al uw bezorgdheid op Hem; want Hij draagt zorg voor u.
Weest op uw hoede, en blijft waakzaam; want uw vijand, de duivel, gaat rond als
een brullende leeuw, en zoekt, wie hij kan verslinden; weerstaat hem door de
kracht van uw geloof, en bedenkt, dat uw christenbroeders over de gehele wereld
hetzelfde lijden treft.
Maar de God van alle genade, die ons heeft geroepen tot
Zijn eeuwige glorie in Christus Jezus, Hij zal ons na een weinig lijden tot
volmaaktheid brengen, ons versterken en bevestigen.
Aan Hem de glorie en de
opperheerschappij in de eeuwen der eeuwen.
Amen.
Evangelie
Lc. 15, 1-10
In die tijd
kwamen de tollenaars en de zondaars tot Jezus, om naar Hem te luisteren.
Maar
de farizeën en schriftgeleerden morden en zeiden: Deze man ontvangt zondaars en
eet met hen! Doch Hij hield hun de volgende gelijkenis voor: Wie van u, die
honderd schapen heeft, en er één van verliest, laat niet de negenennegentig in
de woestijn achter, om het verlorene te zoeken, tot hij het vindt? En als hij
het gevonden heeft, legt hij het vol vreugde op zijn schouders, en thuisgekomen
roept hij vrienden en buren bijeen en zegt hun: Verheugt u met mij, want ik heb
mijn schaap teruggevonden, dat verloren was!
Ik zeg u: zó zal er meer vreugde
zijn in de hemel over één zondaar, die zich bekeert, dan over negenennegentig
rechtvaardigen, die geen bekering nodig hebben!
Of welke vrouw, die tien
drachmen bezit, en er één drachme van verliest, zal niet de lamp aansteken, en
het huis uitvegen, en zorgvuldig zoeken, tot zij ze vindt?
En als zij ze
gevonden heeft, roept zij vriendinnen en buren bijeen en zegt: Verheugt u met
mij; want ik heb de drachme teruggevonden, die ik verloren had!
Zó - zeg Ik u -
zal er vreugde zijn bij de engelen Gods over één zondaar, die zich bekeert!
|
|