Nu gaat alles in vervulling…*

De dag voor de vooravond van Kerstmis heeft twee eigen Adventsgezangen:
1. Blijde zekerheid. Bij zonsopgang zingt de Kerk als na lange verwachting vol vreugde herademend: "Nu gaat alles in vervulling, wat door de Engel van de Maagd Maria is gezegd”.
Ook daar hebben wij een wonderbare eigenschap van de Liturgie, na de dagen van de hoogste spanning en verwachting komt er rustige zekerheid in de ziel.
2.De laatste O-Antifoon zingen wij in de vespers: "O Emmanuel (God met ons!)
Onze Koning en Wetgever, gij Verwachte van de volkeren, Gij Heiland van de heidenen; Kom ons verlossen, Heer onze GOD!”
Bij het volk van God, in het heidendom, in de natuur heeft Hij zich gemeld en aangekondigd, nu komt Hij zelf en blijft bij ons EMMANUËL.
 
Overweging: Als wij deze laatste antifoon lezen, voelen wij eruit, dat ze het hoogtepunt vormt.
De aanroeping EMMANUËL (d.i.God met ons) is bedoeld ons het mooiste en innigste omtrent CHRISTUS mede te delen.
Hij wil een mensenkind als wij zijn, wil alle zwakheden en lijden van de mens dragen, wil ook aan zichzelf ondervinden, hoe moeilijk het is mens te zijn.
Hij wil echter ook bij ons blijven tot aan het einde van de wereld; Hij wil in ons wonen, Hij wil ons tot zijn ledematen maken.
Maar naast deze hoofdtitel wordt de Verlosser nog met vier namen aangesproken.
 

Afbeelding invoegen

Koning en Wetgever zijn wel de gebruikelijke titels van CHRISTUS, maar de verbinding van beide komt bij Isaïas voor (33,22).
"Want Jahweh zal onze rechter zijn, Jahweh onze bestuurder en koning. Hij zal ons redden”.
Dat is een blijde oproep tot geloof en vertrouwen.
CHRISTUS is alles voor ons.
Wat vroeger een wetgever b.v. MOZES, een rechter als Samuel, een koning als David tot redding en verheffing verricht hebben, dat en nog veel meer doet de verwachte Verlosser.
Denken wij echter ook aan onze verplichtingen ten opzichte van deze titel: Tegenover de wetgever moeten wij de wet aannemen en opvolgen. Denken wij aan de bergprediking: Hoe is de wet van Mozes vervolmaakt en verinnerlijkt.
Het kort begrip is: liefde, reinheid, en volmaaktheid.
Tegenover de Koning past gehoorzaamheid en onderdanigheid: "Zie de dienstmaagd des Heren”, "Paulus, dienaar van Jezus Christus”.
Als Verwachting der heidenen en hun Heiland wordt de Messias aangesproken.
Zo heeft de stervende Jacob de Verlosser genoemd: "Niet weggenomen zal de scepter worden van Juda, noch de vorst uit zijn lendenen, totdat Hij komt die gezonden zal worden en Hij zal de Verwachting der volkeren zijn” (Schepping 49,10Vulgaat).
Dit verlangen van de heidenen moet voor ons een aansporing zijn het goed dat wij reeds bezitten, te waarderen en er nut uit te trekken.
Het gebed luidt: "Kom, om ons te verlossen, dit betekent: Kom, laat mij uw onderdaan zijn, Wetgever laat mij uw dienaar zijn.
Verwachting, laat mij in U mijn verlangen vervullen.
Heiland wees voor mij een ware Heiland, die lichaam en ziel geneest voor het eeuwig leven.
Tot slot spreken wij de Verlosser nog aan: Heet onze God!
Daarmee vatten wij alle namen en titels samen, die wij in de zeven antifonen genoemd hebben.
Mogen wij Hem met recht en vertrouwen steeds zo noemen kunnen!