Heilige GREGORIUS*

 

Heilige GREGORIUS de Wonderdoener, Bisschop en Belijder.

"Als iemand tot deze berg zegt: Heft u op en stort u in de zee; als hij in zijn hart niet twijfelt, maar gelooft, dat er gebeurt, wat hij zegt, dan zal het gebeuren" (Marcus 11,22)

De heilige Gregorius de Wonderdoener was bisschop van Neocaesarea in Pontus (Klein Azië).
Hij onderscheidde zich door talrijke wonderen, zodat Basilius de Grote hem met Mozes, de profeten, en de Apostelen vergelijkt.
Door zijn gebed verplaatste hij eens een berg, die het bouwen van een Kerk in de weg stond.
Eveneens liet hij een moeras uitdrogen, dat tussen twee broers aanleiding tot een geschil had gegeven.
Duivels dreef hij uit mensen en afgodsbeelden.
Door zijn gave van wonderen en voorspelling bekeerde hij velen tot CHRISTUS.
 

Afbeelding invoegen

Toen hij de dood nabij (270), vroeg, hoeveel ongelovigen er nog in Neocaesarea waren, toen dankte hij GOD en sprak: "Zoveel gelovigen heb ik vroeger gevonden, toen ik hier bisschop ben geworden.
 
Het geloof, dat bergen verzet: Het eigen Evangelie handelt over het geloof, dat bergen verzet met het oog op het wonder in zijn leven: "Gelooft in God.
Waarlijk, als iemand tot deze berg zegt: "Heft u op en stort u in zee; als hij in zijn hart niet twijfelt, maar gelooft, dat er gebeurt, wat hij zegt, dan zal het gebeuren."
In de homilie van de H. Beda wordt dit woord van Christus toegepast: "Wij lezen, dat op het gebed van de heilige vader Gregorius, de Bisschop van Neocaesarea, een door verdiensten en deugden een uitmuntend man, een berg zoveel van zijn plaats week als de bewoners van deze stad nodig hadden.
Hij wilde op een geschikte plaats een kerk bouwen, maar toen hij zag dat deze plaats te klein was. – aan de ene kant het strand van de zee, aan de andere kant de berg – kwam hij ‘s nachts naar die plaats, knielde neer en herinnerde de HEER aan zijn belofte, dat Hij de berg volgens het geloof van hem die bad zou wegnemen.
En toen hij des morgens weer op die plaats kwam, vond hij die berg zo vér opzij gegaan, als de bouwlieden nodig hadden.
Omdat echter met het woord "berg" dikwijls de duivel bedoeld wordt, - dit om zijn hoogmoed, waarmee hij tegen God opstaat en aan de Allerhoogste gelijk wil zijn, wordt de berg op nevel van hen, die een sterk geloof hebben van de aarde opgenomen en in zee gestort, zo dikwijls als bij de verkondiging van het Woord van de heilige leraren de onreine geest uit het hart van diegenen verdreven wordt, die tot eeuwige liefde voorbeschikt zijn.
En hem alleen nog wordt toegestaan, zijn verscheurende tirannie in de stormachtige bewogen en bitter geworden zielen der goddelozen uit te oefenen.