Feest van de Allerheiligste Naam van Jezus
Epistel
Hand. 4, 8-12
In die dagen sprak
Petrus, vervuld van de Heilige Geest: Oversten van het volk en oudsten,
luistert: Indien ons heden wegens een weldaad aan een ongelukkig mens
gerechtelijk gevraagd wordt, waardoor deze is genezen, dan zij het aan u allen
en aan heel het volk van Israël bekend, dat door de Naam van Jezus Christus van
Nazareth, Die gij aan het kruis geslagen hebt, maar Die God van de doden heeft
opgewekt - dat door Zijn Naam deze hier gezond voor u staat.
Hij is de steen,
die door u, de bouwlieden, werd verworpen; maar Hij is de hoeksteen geworden;
en geen heil is er, tenzij in Hem.
Want er is aan de mensen geen andere naam
onder de hemel gegeven, waarin wij zalig moeten worden.
Evangelie
Lc. 2, 21
In die tijd,
toen er acht dagen verstreken waren, moest het Kind besneden worden; en men gaf
Hem de naam Jezus, die de engel reeds genoemd had, voordat Zijn Moeder Hem had
ontvangen.
|
|