Waakzaam en wakker

 
Broeders en zusters in Christus,
Vandaag staan we aan het begin van een nieuw liturgisch jaar.
Op de eerste adventszondag begint er weer een jaar waarin we Gods goedheid met grote dankbaarheid mogen vieren.
Advent is verwachten, uitzien naar.
We zien uit naar het eerste grote feest op de liturgische jaarkalender, het geboortefeest van Gods Zoon, het Kind van Bethlehem.
Een Kind dat voor ons een toekomst bereid heeft, een toekomst waar wij in ons leven naar toe mogen leven. Het woord toekomst betekend in onze cultuur dat men zich ergens voor inzet, je er voor inspant om iets te bereiken in die toekomst.
Om iets te kunnen doen slagen zullen wij een duidelijk beeld moeten hebben om verder te kunnen in het maatschappelijk leven.
Een toekomstvisie in de politiek en bedrijfsleven, het zo organiseren, dat je er grip op hebt.
Er wordt wel eens gezegd: "de toekomst is wat je er zelf van maakt”.


Maar diep in ons binnenste weten wij ook dat er maar weinig voor nodig is om al onze toekomstplannen in duigen te laten vallen.
Dit komt vaak onverwachts, als een dief in de nacht en de toekomstplannen smelten als sneeuw voor de zon.
Met deze gedachten komen wij bij het evangelie van deze adventszondag waarin Jezus ons waarschuwt: " Weest waakzaam, want gij weet niet wanneer het ogenblik daar is!”
We voelen precies wat Hij hier bedoelt, de toekomst is ongrijpbaar en glipt als zand door onze vingers.
Maar hoe komt het nu dat wij geen grip op de toekomst hebben?
Dat komt omdat toekomst in de handen van God ligt, aan Hem behoort tijd en eeuwigheid.
Jezus vertelt ons daarom ook vandaag dat Hij eens terug zal komen.
Dat het licht van de eeuwigheid eens door zal breken.
Maar omdat wij nog leven in een wereld waarin het eeuwige verduisterd wordt, zien wij dat nog niet.
Ja, verduisterd!!
Verduisterd door het kwaad dat wij ontmoeten.
Verduisterd door het kwaad dat wij zelf veroorzaken.
Verduisterd door een cultuur, die God en de eeuwigheid dood zwijgt en doet alsof er alleen het aardse leven bestaat.
Ons daarom aanspoort om er zo veel mogelijk van te profiteren.
Weest waakzaam, zegt Jezus ons, laat u niet overrompelen door aardse hebbelijkheden.
Het licht en de toekomst is niet ver weg, het is in u, in ons binnenste, dat licht moet brandend blijven.
Dat licht moet gevoed worden door gebed en naastenliefde!
Het vraagt om trouw, om trouw te blijven aan God, om trouw te blijven in het vervullen van de taken die God ons gegeven heeft in dit leven.
We vinden het zo treffend in de parabel over de deurwachter, die Jezus ons vertelt.
De dienaars zullen de taken die de heer hen heeft toevertrouwd nauwgezet moeten vervullen.
Zij moeten dit vol verantwoording beheersen.
Waakzaamheid wordt gevraagd van de deurwachter, niet alleen voor de terugkomst van de heer, maar ook om de deur stevig gesloten te houden.
Niet voor de heer, maar gesloten houden voor vreemde, vijandige en roofzuchtige indringers.
De toekomst, beste mensen, hoort toe aan hen die weten hoe zij moeten wachten.
Die hun hart deur van hun hart openen voor hun Heer.
Onze toekomst is de komst van Hem, Hem die wij verwachten, die naar ons toekomt, in Jezus Christus, Zijn mensgeworden Zoon.
December is de maand van verwachten.
En dan denken wij in de eerste instantie niet aan Kerstmis, maar aan Sinterklaas Pakjesavond staat voor de deur en dat is heel bijzonder voor de kinderen een tijd van verwachten en verlangen.
Vol spanning wordt er in vele gezinnen de schoen gezet en dan stilletjes wachten de kinderen af wat ze de volgende morgen zullen aantreffen.
En dan die volle verlanglijstjes waar jong en oud mee bezig zijn, zoeken in al die Sinterklaasfolders die in de brievenbus vallen.
Vaak moeten wij al heel gauw onze keuzes bijstellen omdat het budget niet toereikend is.
Dit zijn de uiterlijke verlanglijstjes, maar wat zijn de diepste verlangens van het leven?
Wat staat er eigenlijk op het verlanglijstje van ons hart?
Velen zullen verlangend uitzien naar een betere wereld waarin ziekte en oorlog, honger en geweld verledentijd zijn.
Misschien hopen en verlangen wij naar een baan of een oplossing om deze crisistijd door te komen.
Het zijn allemaal verlangens en verwachtingen die diep in ons hart leven.
Zo leeft ook onze Moeder de Heilige Kerk in deze vier weken van de advent in verwachting.
Zij verwacht een Kind dat alle duisternis verdrijft.
Daarom ontsteken wij deze zondag de eerste kaars en worden uitgenodigd om naar het licht te kijken, om onze ogen te richten op dat kleine vlammetje van die ene kaars.
Want ook al is het nog zo klein, er ligt een boodschap in verscholen.
Het vertelt ons van een Kind, dat ooit geboren werd, midden in de donkere kerstnacht.
Een klein onbeduidend Kind en toch Gods Zoon.
Hij kwam als een klein lichtpuntje, in die donkere nacht net als dit kleine vlammetje van de eerste kaars.
Tot driemaal toe zegt Jezus vanavond in het evangelie tot ons dat we waakzaam moeten zijn.
Het is ook een gewetensvraag, waakzaam zijn.
Laten wij ons hart voor Hem niet gesloten houden.
Reeds daagt het in het oosten, vanwaar Hij komt, als een helder licht in onze duisternis.
Laten wij ons open stellen, waakzaam en wakker.
Dan zal het straks weer een Zalig Kerstfeest zijn.
Amen.

Hans Smits