Blijf volharden in gebed

 
Broeders en zusters in Christus,
Vermoeidheid kan in ons leven een grote rol spelen en ons verlammen.
Het is voelbaar als we te veel van ons lichaam vergen of ziekte ons treft.
Maar wat voor het lichaam geldt, geldt ook voor onze geest en dit heeft vaak nog grotere gevolgen.
Als de geest moe wordt, dan kan ons de wanhoop nabij komen.
Dan kunnen we God om kracht vragen, er om bidden.
Gaan bidden en geloof niet samen?
Als er geen geloof is wordt bidden onmogelijk.
Geloven wij nog in de kracht van het evangelie of zijn we vervallen tot oppervlakkigheid?
Dat is wat er deze zondag staat in het evangelie, waarin Jezus aangeeft dat het niet zozeer erom gaat of God wel recht verschaft aan Zijn uitverkorenen, maar of de Mensenzoon bij Zijn wederkomst het geloof op aarde zal vinden.
En een onmisbaar middel om het geloof te bewaren is het gebed.
Jezus zegt ons dat we moet blijven bidden!
Bidden is en blijft voor een "buitenstaander” of voor iemand die niet gelooft, een vreemd iets.
Maar ook voor gelovige mensen is het niet altijd te begrijpen.
Soms stelt men zich de vraag: haalt bidden nog wel wat uit?
Is er wel Iemand die naar ons luistert?


Inderdaad kunnen onze gedachten soms ver afdwalen omdat wij in de meeste gevallen niet direct een pasklaar antwoord of oplossing voorgeschoteld krijgen.
De vrucht van het gebed is allereerst dat wij kracht ontvangen, kracht om de rechte weg te gaan, Christus te volgen.
Als we kijken naar de weduwe in het evangelie zien we een vrouw die geen enkel recht heeft en is overgeleverd aan de rechter.
Ze was rechteloos, omdat ze volledig afhankelijk was van de welwillendheid van de ander.
Dit verhaal over de arme weduwe wil ons laten zien hoe wij ons moeten opstellen tegenover God, dat het gebed een nederige vraag is.
En deze houding vraagt uithoudingsvermogen en het bidden en smeken zal dit in ons tot leven moeten laten komen.
"Verschaf mij recht ten opzichte van mijn tegenstander”, vraagt de weduwe.
Voor de weduwe was het de rechter, maar, beste mensen, wie is de tegenstander voor ons?
We kunnen zowel lichamelijk als geestelijk oververmoeid zijn.
Als we heel erg lichamelijk vermoeid zijn, doen vooral de zwakste plekken van ons lichaam veel pijn.
De pijn raakt de zwakste plekken, die de minste weerstand kunnen bieden.
Als wij geestelijk vermoeid raken, wordt ook het bidden zwaar.
Dan is onze grootste tegenstander de duivel, die zijn kans aangrijpt om zich te nestelen in onze geest.
Want, is het niet de duivel die ons een verkeerd Godsbeeld wil influisteren?
Een Godsbeeld dat God onrechtvaardig is en niet oprecht.
Want als eenmaal dat beeld in ons is gezaaid, is het bidden voorbij en worden we oppervlakkig.
Op de weg van het gebed ervaart de ziel van de mens soms donkere nachten.
We roepen zonder gehoord te worden, we voelen ons verlaten.
Maar beste mensen, het geloof vertelt ons dat God er altijd is, dat wij nooit tevergeefs roepen.
Geloof, daar gaat het om, dat geloof, dat Godsvertrouwen vraagt volharding.
De volharding zoals we zien bij Mozes, in de eerste lezing van deze zondag, zelfs zijn armen moesten worden ondersteund.
Opgeheven armen is één van de gebedshoudingen, en volharden in het gebed kan uitputtend zijn, niet alleen lichamelijk maar ook geestelijk.
De dingen waarop het aankomt in het leven komen ons maar niet zomaar aanwaaien.
Het kost tijd om de diepere waarden ervan te zien, maar nog veel meer moeite om ze te verwerven.
Want voor God gaat het wel degelijk om wat wij Hem vragen, het gaat Hem om iets wat ons helpt in het leven, iets dat ons helpt om de weg te blijven gaan naar het eeuwige leven.
We weten maar al te goed dat veel aardse dingen menigeen verder van huis heeft gebracht!
Wij mensen zijn vaak kortzichtig, jagen kortstondig geluk na en verliezen daarbij het werkelijke doel, juist dat waar het om gaat, uit het oog, het eeuwige geluk in de hemel.
God zal zeker naar ons luisteren als wij Hem om dingen vragen die ons helpen.
God zal ons verhoren als we er steeds om bidden en daarin blijven volharden.
Amen.
 
Hans Smits