H.H. Filippus en Jakobus

 
Filippus (ook Philippus) Apostel, Hiërapolis, Klein-Azië; martelaar; † ca 80. Hij was een van de eerste leerlingen van Jezus. Alles wat we van hem weten, komt uit de bijbel. Hij kwam, evenals Simon Petrus en Andreas, uit Betsaïda in Galilea (Johannes 01,44). Na zijn roeping ontmoette hij Nathanaël (= Bartolomeus?) en zei hem: "Degene over wie Mozes in de Wet geschreven heeft, Hem hebben wij gevonden: Jezus van Nazareth." Toen Nathanaël dat weigerde te geloven, omdat de Messias volgens de Wet in ieder geval niet uit Nazareth kon komen, sprak Filippus eenvoudig: "Kom dan zelf kijken" (Johannes 01,45-46). Als Jezus zijn leerlingen uitnodigt de duizenden mensen van brood te voorzien, is hij het die opmerkt: "Wil ieder ook maar een klein stukje krijgen, dan is er voor 200 denariën brood nog te weinig" (Johannes 06,01-15). We horen nog een keer van hem, als een Griek graag Jezus wil spreken en zich daartoe tot Filippus wendt (Johannes 12,20-22). Hij was ook degene die tijdens het Laatste Avondmaal zei: "Heer, toon ons de Vader." Waarop Jezus reageerde: "Wie mij ziet, ziet de vader (Johannes 14,08-09). Volgens de overlevering zou hij later in de stad Hiërapolis in Klein-Azië (= ongeveer het huidige Turkije) met het hoofd omlaag gekruisigd en gestenigd zijn. Hij wordt vaak verward met zijn naamgenoot, de diaken (Handelingen 06). In het zesde hoofdstuk van de Handelingen der Apostelen wordt verteld, dat er zeven diakens worden aangesteld uit de kring van de Grieken met de bedoeling dat zij vooral de bedeling van de Griekse weduwen en wezen zouden behartigen. Een van hen heette Filippus. Hij duikt nog één keer op. Dan horen we hoe hij een hooggeplaatste eunuch aan het hof van Kandake tot Jezus bekeert en doopt (Handelingen 8,26-40). Een van beiden had vier dochters, de andere twee. Van de apostel wordt beweerd dat hij tussen twee dochters begraven zou zijn. Dan zou de diaken dus de Filippus met de vier dochters moeten zijn. Die dochters worden elk als heilige vereerd: hun gezamenlijke feestdag staat op 4 september. Naar verluidt heetten zij Eutychè (ook Eutychia, Eutychis; † begin 2e eeuw), Hermione van Efese († ca 117), Iris van Gerapolis († 103) en een vierde die nu eens Filippa dan weer Charitina wordt genoemd († begin 2e eeuw). Van deze dochters staan Charitina en Eutychis te boek als martelares, de andere twee als geloofsverkondigsters. Het is niet duidelijk, of we hier het woord 'dochter' letterlijk moeten nemen, of dat we het moeten verstaan in de gelovige zin van het woord: in dat geval zouden het dus bekeerlingen zijn van Filippus: hij had ze - in Christus - verwekt. Overigens spreekt de legende die veronderstelling tegen. Die beweert immers, dat Hermione en haar zuster Eutychis leerlingen waren van ene Petronius, een leerling van de apostel Paulus, en dus niet van Filippus. De apostel Filippus ligt sinds 570 begraven te Rome in de basiliek van de Twaalf Apostelen. Omdat zijn relieken op een eerste mei naar Rome werden overgebracht en werden gevoegd bij die van Jacobus Minor, werd dat hun gezamenlijke feestdag tot 1955. Intussen hadden de socialisten die dag echter uitgeroepen tot Dag van de Arbeid. Om een christelijke tegengeluid te geven bepaalde paus Pius XII dat voor gelovigen die dag voortaan het feest zou worden gevierd van Sint Jozef Werkman. De apostelen verhuisden aanvankelijk naar 11, en sinds de hervormingen van het Tweede Vaticaans Concilie (1969) naar 3 mei.

De abdij van Reading (Engeland) beweert de reliek van Filippus' hoofd te bezitten. Patronaten In België is hij patroon van Brabant; in Duitsland van de stad Speyer; in Frankrijk van Dieppe en Philippeville; in Italië van Sorrento. Hij is patroon van Luxemburg. In Nederland beschermheilige van het voormalige Zeeuwse eiland Sint Philipsland. Tenslotte van het land Uruguay. Daarnaast is hij beschermheilige van banket- en pasteibakkers, marskramers en winkeliers, van hoedenmakers, lakenvollers en leerlooiers. In de kunst wordt hij afgebeeld met een kruis; soms met broden (vanwege zijn aandeel bij de wonderbare spijziging).
 

Jacobus Apostel Minor (ook Alfeus, de Jongere of de Mindere), Jerusalem, Palestina; martelaar; † ca 62. Van oudsher bestaat er verwarring over het aantal personen uit Jezus' omgeving, dat de naam Jacobus heeft gedragen.
1] Onder de twaalf naaste leerlingen van Jezus waren er twee. Om hen van elkaar te onderscheiden worden ze 'Maior' (= de Oudere, Senior) en 'Minor' (de Jongere, Junior) genoemd. Om het nog ingewikkelder te maken, slaan de termen 'ouder' en 'jonger' niet op hun leeftijd, want Minor was ouder in leeftijd dan Maior. Nee, de termen hebben betrekking op hun leerlingschap: de Oudere is eerder geroepen en is dus als leerling ouder dan zijn naamgenoot De Jongere. Jacobus Maior was een broer van de apostel en evangelist Johannes († ca 100; feest 27 december). Zij waren zonen van Zebedeus (Markus 01,16-20), een welvarende visser uit het plaatsje Bethsaïda aan het Meer van Gennesareth; hun moeder heette Maria Salome.
 

2] Jacobus Minor was een zoon van Alfeus (Mattheus 10,03) en Maria (Marcus 15,40). Hij wordt de Jongere genoemd (Markus 15,40). In de 6e eeuw kwamen zijn stoffelijke resten naar Rome, waar hij tezamen met de apostel Filippus werd bijgezet in de Apostelkerk. Sindsdien worden zij in het westen altijd op dezelfde dag gevierd.

3] Verder is er sprake van een Jacobus die 'Broeder van de Heer' genoemd wordt (Mattheus 13,55; Marcus 06,03; Galaten 01,19; 02,09-12). Hij was het waarschijnlijk die de Jacobusbrief schreef, welke in het Nieuwe Testament is opgenomen (Jacobus 01,01). In zijn brief houdt hij een warm pleidooi voor de armen; hij schrijft: 'God heeft de armen op deze wereld uitverkoren' (Jacobus 02,05). Aan zijn brief ontleent de Kerk ook het sacrament van de zieken: 'Heeft iemand van u te lijden? Laat hij bidden. Is iemand opgewekt? Laat hij een loflied zingen. Is iemand van u ziek? Laat hij de oudsten van de gemeente roepen; zij moeten een gebed over hem uitspreken en hem of haar met olie zalven in de naam van de Heer. En het gelovige gebed zal de zieke redden en de Heer zal hem oprichten. En als hij of zij zonden heeft begaan, zal het vergeven worden. Belijd daarom elkaar uw zonden en bid voor elkaar, opdat u genezing vindt. Het vurig gebed van een rechtvaardige bereikt veel' (Jacobus 05,13-16).

Na Petrus' vlucht uit Jerusalem nam hij de leiding van de christengemeente in Jerusalem op zich (Handelingen 12,17; 15,13; 21,18; 1 Korinte 15,07).

Volgens de overlevering werd hij op last van de hogepriester Annas (soms Ananias) ter dood veroordeeld, waarschijnlijk, omdat Jezus' volgelingen te veel bekeerlingen maakten onder de Joden. Hij werd vermoedelijk in het jaar 62 van het dak van de tempel geworpen en met een vollerstang doodgeknuppeld.

Westerse Traditie
Sinds de kerkvader Sint Hieronymus († 420; feest 30 september) gaat de westerse traditie ervan uit, dat Minor en de Broeder van de Heer één en dezelfde persoon zijn.

Afgebeeld
Vandaar dat Jacobus de Jongere op afbeeldingen altijd als twee druppels water lijkt op Jezus zelf. Wanneer de Heilige Familie wordt afgebeeld, treffen we hem aan onder de achterneven van Jezus.