Wie is Jezus?

Broeders en zusters in Christus,
Vorige week hoorden we hoe de apostelen samen kibbelden, wie is nu de grootste, de belangrijkste? Wie zou de baas zijn?
Eveneens hoorden toen ook hoe Jezus hen een berisping gaf.
Maar vandaag zet Hij ze nogmaals op hun plaats omdat ze denken dat ze het recht alleen hebben.
Het recht om als volgelingen van Jezus goed te doen aan mensen.
Als we nu zo het evangelie van vanavond lezen kunnen we ons afvragen : Wie is Jezus?
Is Hij tolerant of radicaal, of misschien wel het één en het ander?
Wat Jezus zegt en verkondigd getuigt vaak van een grote verdraagzaamheid: - "Wie niet tegen ons is , is voor ons.
Als je uit liefde een beker water geeft zul je je loon niet missen.
Maar van de andere kant horen we woorden van Hem die heel streng klinken: " een molensteen om de hals en in de diepte van de zee werpen”. "Hak je hand of voet af en ruk een oog uit”.
Als je dit zo hoort denk je: Wat moeten wij met deze woorden? "Als uw hand u tot zonde verleidt, hak ze af, en uw oog, ruk het uit!”
Deze uitspraken kunnen extreme gevolgen hebben.
Het is denk ik voor iedereen van ons wel duidelijk dat we dit niet letterlijk moeten nemen.
Trouwens, beste mensen, al zouden wij tot deze actie overgaan, het zal niet veel helpen.
 

Want het ligt niet zozeer aan het oog, de voeten of de handen, nee, het komt namelijk uit ons hart, uit ons binnenste.
Wat Jezus ons met deze harde voorbeelden wil zeggen is dit: wij moeten in ons leven een keuze maken: ZIJN WIJ VOOR GOD OF TEGEN GOD. Dat wij niet kunnen leven met allerlei tussenweggetjes.
We moeten duidelijk zijn in onze standpunten, geen afgezwakt gepraat, maar duidelijk aangeven waarvoor je staat.
Wij mogen Christus niet verloochenen!
Wij moeten bereid zijn de dierbaarste zoals een hand of een oog op te geven, als de keuze voor God in gevaar komt.
Hij wil ons bewust maken van wat er allemaal op het spel staat, dat het hier gaat om onze toekomst, om het einddoel van ons leven.
Een leven waarvoor wij allemaal geschapen zijn.
Daar waar wij voor eeuwig gelukkig kunnen worden.
Daar waar wij voor altijd mogen delen in de oneindige liefde van God.
Als het om het eeuwige Leven bij God gaat, kunnen we misschien begrijpen, waarom Hij deze harde uitspraken doet, Hij is met ons begaan.
Hij wil ons dit schenken.
Laten we eerlijk zijn, we hebben er toch alles voor over om langer te kunnen leven.
We doen er in ons dagelijks leven toch alles aan om zo gezond mogelijk te blijven.
Als we naar de talloze reclames kijken, dan ga je haast denken dat er voor elke kwaal of ziekte wel een middeltje is.
Wie is er nu niet zuinig op ons lichaam, op zijn leven?
En als je iets materialistisch verliest, dan kunnen de gevolgen zwaar zijn.
Maar als je het geloof in God verliest, ja, dan heb je alles verloren.
Het verlies van God is voor elke mens het ergste wat hem kan overkomen.
Wie een sterk geloof heeft en een eerlijk geweten, kan alles op zich nemen wat God van hem of haar verlangt, ook al is het soms nog zo zwaar.
En dat, sterk in het geloof staan, dat kun je niet alleen, dit heeft ook Marcus en met hem de andere apostelen en christenen ervaren.
Vooral in de jonge jaren van het Christendom was de vervolging groot, want dat christendom, dat was gevaarlijk en aanstekelijk, dat moest weg. Om dan vol te houden zou je de moed moeten hebben van een martelaar.
En wie zijn geloof niet onder stoelen en banken stak kreeg heel wat te verduren en werd letterlijk en figuurlijk voor de leeuwen gegooid.
Maar ze waren sterk, voor niets deinsden ze terug, het was het vuur van Gods Geest.
En dit vuur is aangewakkerd, het is uitgegroeid tot een wereldkerk.
Maar, beste mensen, is het nu anders?
Natuurlijk, we worden nu niet meer voor de leeuwen geworpen, zoals de eerste christenen, maar toch blijft het moeilijk om te getuigen van hetgeen wat in je leeft, om te getuigen van Hem voor wie je leeft.
Zelfs de Kerk heeft in deze tijd moeite om haar Heer en Verlosser te verkondigen in de wereld.
Maar ook al lijkt alles nog ze somber, we moeten samen sterk staan, ook al zou je alleen de kerk willen redden, ja, zelfs je leven ervoor geven, je kunt dat nooit alleen.
Er moeten altijd mensen zijn die je steunen, dat zijn vaak mensen die je niet op de barricade ziet, maar waarvan we weten dat ze achter je staan.
Zij geven je een beker water om vol te houden, als je vooraan staat, ze geven je een schouderklopje en zeggen: " je kunt het , wees niet bang wij staan achter je ".
Het zijn medegelovigen, stille vrienden die leven vanuit het evangelie.
Ze geven wat ze kunnen; een beker water, zo gaan we samen voor het goede, zo volgen wij met hart en ziel Christus.
Zo leven we samen van en voor hetzelfde, omdat wij van Christus zijn.
De evangelist Marcus zou ook in deze tijd Jezus woorden vertaalt kunnen hebben met: " we hebben meer vrienden dan we weten ".
We hebben vechters en getuigen, belijders en martelaren nodig, maar achter hen staan de vele mensen die door hun godsvrucht en vanuit het evangelie al die mensen ondersteunen en met hart en ziel Christus volgen.
Beste mensen, broeders en zusters,
We hebben elkaar nodig en juist omdat we zo verschillend zijn kunnen we samen iets van Gods liefde doorgeven, zijn vuur aanwakkeren en zo met blijdschap het geloof verkondigen en beleven wat in ons werkzaam is.
Van dat geluk mogen we vertellen, in onze samenleving en ook in de kerk.
Door die geest zal de Kerk nooit haar gezicht verliezen, maar een lichtbaken zijn van de geest van waarheid en liefde, die het aanschijn van de aarde zal vernieuwen.
Amen.
 
Hans Smits