Ik zeg u: sta op!

 
Broeders en zusters,
Twee lezingen over het eeuwige leven.
Allereerst de brief van St. Paulus die aan de Galaten schrijft: " Wilt uzelf niet misleiden; God laat niet met Zich spotten.
Wat de mens zaait, zal hij ook oogsten.
Daarom – wie in het vlees zaait, zal ook van het vlees het verderf oogsten; wie echter zaait in de geest, zal van de geest eeuwig leven oogsten.” ( Gal. 6: 7-8)
De heilige apostel Paulus geeft ons een les mee: we moeten geen eer najagen, zodat wij elkaar tergen of benijden.
Als iemand in zonde is gevallen, dan moeten wij hem/haar zachtmoedig terecht wijzen en er voor waken ook zelf niet in bekoring te komen.
Draagt zorg voor elkaar en verlicht elkaars lasten, zo zullen wij Christus wet vervullen en Hem volgen.
We mogen de moed niet opgeven en zullen, als de tijd daar is, oogsten.
De evangelist Lucas schrijft eveneens over het eeuwig leven.
Hij vertelt over de weduwe in de stad Naïm, een héél bijzonder verhaal. ( Lucas 7: 11-16)
Het gaat over een dode die werd uitgedragen en Christus wekt deze dode (een jongen uit Naïm) op uit de dood.
Dan komt bij velen misschien de vraag op: zou dat echt gebeurd zijn?
 

Afbeelding invoegen

Maar dat hoort niet de vraag van een gelovige te zijn, want die stelt zich namelijk de vraag: wat wil de evangelist ons zeggen over Christus?
Lucas moet daar een bedoeling mee gehad hebben.
Hij probeert namelijk de gevoelens bij mensen op te roepen, zoals ook de ooggetuigen van dit wonder hebben gehad: "Een vrees greep allen aan, en zij verheerlijkten God en zeiden: een groot profeet is onder ons opgestaan, en God heeft zijn volk bezocht!”
God heeft genadig neergezien op zijn volk.
Het gaat om de genadige macht van God.
Hetgeen de evangelist Lucas beschrijft, is over de meest tragische dood die mogelijk is.
De moeder in Naïm was een weduwe en de jongen was haar enige zoon.
Die zoon was ook nog eens de kostwinner voor zijn moeder.
Het betekende niet alleen het einde van het leven en de levenslijn van de zoon, maar ook van de moeder.
Het verdriet van de weduwe heeft met ieder van ons iets te maken.
We kennen het allemaal uit onze familie of vriendenkring.
Hoe vreselijk de ervaring is, van de dood van iemand waarvan je houdt, vooral als die iemand je eigen kind is.
Dan is de weduwe in het evangelie niet zo heel erg verschillend van een familielid of iemand uit vriendenkring wier zoon of dochter stierf.
Het gevoel van hopeloosheid dat hen trof, lijkt op dat van de weduwe.
In welke tijd we ook leven, ouders zouden hun kinderen niet moeten begraven!
Heel de aandacht in dit verhaal gaat dan ook uit naar de rouwende moeder, en minder naar haar gestorven zoon.
De Heer zag de moeder en kreeg innig medelijden met haar en zei: "Ween niet!”
Deze vrouw heeft behoefte aan menselijk meeleven en medelijden.
De mensen hebben heel wat moeilijkheden overwonnen, we kunnen onze levens soms op veel manieren rekken, maar de dood blijft.
Ja, hoe je het ook wend of keert, de dood kunnen wij niet de baas.
Maar God kan dat wel!
"Jongeling, Ik zeg u: sta op!”, en de jongen gaat overeind zitten en begint te spreken.” ( Luc.7: 14-15)
Hij geeft de jongen aan zijn moeder terug.
Hij breekt door de hopeloosheid van deze wereld heen en biedt nieuwe mogelijkheden.
De weg ligt open, ons leven is inderdaad verzekerd.
Daar, beste mensen, gaat dit verhaal over.
Dat telt dan niet alleen voor hen die hun kinderen begraven, het geldt voor iedereen die met de dood geconfronteerd wordt.
Niet alleen maar met het lichamelijk sterven, maar ook het sterven op al die andere manieren waarop de dood ons steeds vergezelt: de "dood” van het uiteenrukken van een relatie en gezinsleven, het "sterven” bij het verliezen van een baan, de dodelijke troosteloosheid bij het moeten opgeven van je levensplannen en verwachtingen.
Het is juist op die ogenblikken dat deze verhalen beginnen te tellen.
Daarom moeten we ze blijven vertellen, juist als verdriet en dood ons dreigen te overmannen.
Want dit verhaal van de opwekking van die jongeling uit Naïm is een verhaal van geloof en hoop.
Want sinds Christus’ verrijzenis heeft de dood zijn macht verloren.
God wil de dood niet, Hij wil leven.
Veel mensen zijn vaak zo kortzichtig dat wij de dood als het einde van het leven beschouwen.
Maar voor een gelovige is de dood niet het laatste, maar de dood is een opnieuw geboren worden voor een eeuwig leven bij de Heer.
Als wij echt in Jezus geloven, dan hebben wij geen reden meer om te treuren zoals zij die geen hoop meer hebben.
Jezus heeft de lijkstoet tot stilstand gebracht en de dode aangeraakt: sta op.
Christus raakte de lijkbaar aan en sprak: "Jongeling, Ik zeg u: sta op!”
Zo komt bij Christus de dode tot opstanding en als Christus ook ons aanraakt verdrijft Hij datgene wat ons doet sterven.
Amen.
 
Hans Smits