Schoon schip maken

"
 
Broeders en zusters in Christus,
Met Pasen gaat Jezus op naar de tempel, naar het altaar van God, naar het huis van Zijn Vader.
Daar aangekomen haalt Hij flink uit tegen de mensen die handel drijven in de tempel en van dit heiligdom misbruik maken.
Jezus wordt verteerd van ijver voor een ware eredienst aan Zijn Vader, maar in het huis van Zijn Vader heersen vreemde toestanden.
Liturgie is vervallen tot een handel, tot business.
Jezus maakt van touwen een gesel en maakt schoon schip: "maakt van het huis van mijn Vader geen markthal”
Maar met deze actie haalt Hij niet alleen de woede van de oversten, de hogepriesters, schriftgeleerden en farizeeën op de hals, maar ook van de verkopers en geldwisselaars, alsmede van vele joden die zich aan Zijn doen en laten storen.
Ja, verworven rechten worden omvergeworpen door Jezus.
Hij staat dan ook al snel oog in oog met de overheidspersonen die Hem vragen waar Hij dat recht vandaan haalt.
Het antwoord dat Jezus geeft is voor hen totaal vreemd omdat Hij hierdoor een heel ander tijdperk inluid.
Hij geeft hen zelfs een teken: "breek deze tempel af en in drie dagen zal Ik hem doen herrijzen”.
Pas na Zijn verrijzenis begrepen de apostelen wat Hij bedoelde.
Misschien kunnen wij in deze stappen wel onszelf spiegelen!


Ons leven is ook steeds weer, elke dag opnieuw, opgaan naar het altaar van God.
"Introibo ad altare Dei. Ad Deum qui laetificat juventutem meam” (Ik zal opgaan tot het altaar van God. Tot de God die mijn jeugd verblijdt), wordt er elke dag aan de voet van het altaar gebeden.
De priester acht zich niet waardig het Altaar van de Heer op te gaan zonder een voorafgaande rouwmoedige loutering.
Ook wij, als gelovigen, zullen ons moeten reinigen, want wij zijn allemaal zondaars met onze zonden, beledigingen en nalatigheden.
Zo is ook ons aardse leven vaak, net als de tempel in Jeruzalem, aan het verworden.
We moeten met de hulp van Christus er alles uitgooien, alles vernietigen wat de Vader niet aanstaat.
Dat vraagt om bekering, dat vraagt om schulderkenning!
"Confiteor Deo omnipotenti”, bidden wij aan het begin van de H.Mis, wij belijden dan onze schuld aan de almachtige God.
Gezamenlijk gelouterd en gesterkt, zullen wijn dan als gelovigen, met de priester, dan op waardige wijze verder gaan met het H.Misoffer.
Beste mensen, een bekering is vaak niet zachtzinnig, het mag ook niet blijven bij een paar woorden, het vraagt om een radicaal optreden, zoals Jezus dat deed.
Hij liet Zijn tempel, Zijn lichaam, afbreken en in drie dagen weer herrijzen, het nieuwe Pasen!
Het lijkt een korte tijd, die drie dagen, maar het kan ook gezien worden als een heel mensenleven.
Ja, een mensenleven waarin heel wat kan gebeuren!
Je lichaam kan totaal worden afgebroken en zo ook je reputatie.
Voor de mensen telt vaak alleen maar: in een goede verhouding leven met de medemensen.
Ze zijn al vaak tevreden wanneer er geen openlijke ruzie is en wat er dan allemaal achter gesloten deuren plaatsvindt wordt niet in de openbaarheid gebracht.
Hoe mensen daar worden afgebroken en gekleineerd, dat wordt binnenskamers gehouden.
Ze denken dat God daar ook wel tevreden mee zal zijn.
Met leugen en verraad proberen vaak mensen hun eigen huid te redden en de waarheid en oprechtheid te vernietigen, iemand af te breken, zoals men dit ook met Christus deed.
Maar vandaag wordt ons duidelijk dat God toch wel veel meer verwacht dan uiterlijke schijn.
Onze verhouding tot God moet zuiver en eerlijk zijn, met eerbied en voldoende aandacht voor Hem.
Het evangelie van deze derde zondag van de Vasten maakt ons heel duidelijk, dat we Gods huis moeten eerbiedigen en dat we de eredienst niet mogen vermengen met het najagen van eigenbelang.
Van de eredienst een theater maken, waarin men optreed en probeert volle "zalen” te trekken.
"Maak van het huis van Mijn Vader geen markthal”, zegt Christus ook tot ons!!!
En het huis van God, is onder ons aanwezig, dat is Christus, Gods Zoon, die ons met de Vader verbindt en die wij daarom alle eer dienen te geven.
Christus die tegenwoordig is in het Heilig Sacrament van de Eucharistie, waarmee niet valt te sollen.
In het Ecce panis Angelorum wordt dit zo treffend beschreven: "Ecce panis Angelorum, factus cibus viatorum: vere panis filiorum, non mittendus canibus.”
Zie, het brood der Engelen, wordt de spijs van aardse pelgrims; waarlijk, brood der kinderen, dat men niet voor de honden werpt.
Dit staat voorop in onze beleving van ons credo, naar dat geloof zullen wij moeten leven te midden van onze medemensen.
Uit deze dienst aan God putten wij kracht, ook als anderen het ons nog zo moeilijk maken, ons benadelen, verachten en verraden.
De eerbied voor God, de aandacht voor Christus is de basis voor het vervullen van alle andere geboden.
Broeders en zusters, wij kunnen niet gehoorzaam, trouw, dienstbaar, zuiver en eerlijk zijn, als wij niet steunen op God, als wij niet bouwen op Zijn genade.
Laten wij in deze vastentijd, ons opnieuw verdiepen, onze eerbied voor God vermeerderen en onze trouw tonen door eer te brengen aan Hem en Zijn Zoon Jezus Christus.
Amen.

Hans Smits