De strijd tegen de satan

 
Broeders en zusters in Christus,
Op deze eerste zondag van de 40-dagentijd lezen wij in het evangelie dat Christus door de Geest naar de woestijn gedreven wordt en dat Hij daar 40 dagen doorbrengt.
Hij gaat ontberingen incasseren en gaat de strijd aan tegen de satan.
Hij moet strijden tegen de satanische macht, een strijd tegen de machten die opstaan tegen de wil van God.
De satan wil de wereld uit de handen van God halen.
Hij is een afgevallene, een schepsel dat woedend in verzet is gekomen, dat tegen God een rijk van schijn en wanorde wil oprichten.
Hij wil en kan macht uitoefenen over een mens die leeft in zondigheid en hiervoor openstaat.
Maar tegen een hart, dat in waarheid en deemoed leeft staat hij totaal machteloos.
De duivel is een heel scherpzinnig iemand en laat zich niet zomaar uit het veld slaan, zelfs bij Gods Zoon bleef hij aanhouden.
Op het juiste moment, dat Christus lichamelijk het meest kwetsbaar was, viel de duivel Hem aan.
Hij beloofde Jezus gouden bergen als Hij hem zou aanbidden en toelaten in Zijn hart.
Dat is nu juist het moment bij uitstek dat de mens overkomt als hij veertig dagen heeft gevast, dus niet gegeten en heel kwetsbaar.
Als Jezus niet de Zoon van God geweest zou zijn, dan was de kans heel groot, dat satan gewonnen zou hebben.
Jezus laat zich niet overweldigen door het kwaad en de beproevingen, Hij laat het kwaad niet toe in Zijn hart. Hij blijft aan God en Zijn zending trouw.
Hij verandert het kwaad in goed, beantwoordt haat met liefde en zwakte verandert Hij in kracht.
Zo kunnen wij bijna niet ontkomen aan de vraag: "hoe gaan wij om met bekoringen?”
Bekoringen die elke dag weer talrijk op ons af komen.


Mochten wij misschien denken dat wij geen bekoringen in ons leven ondervinden, dan is het goed om ons eens af te vragen of we wel op spoor van Jezus Christus zitten.
Want voor hen die geen diepe band hebben met Christus is men een gemakkelijke prooi en zullen waarschijnlijk niet langdurig weerstand bieden. Maar wie daadwerkelijk werk maakt van zijn geloof in Jezus Christus, als de Zoon van God, een bewust geloofsleven heeft en werken van barmhartigheid verricht, die zal zeker niet gespaard blijven van de bekoringen.
Maar juist tegen een hart dat in waarheid en deemoed leeft is de duivel machteloos.
Jezus laat Gods waarheid schijnen in een wereld waarin duisternis is, die veroorzaakt is door de satan.
Zo gaat Jezus de strijd aan met de duivel.
Maar Jezus laat zich niet uit het veld slaan, Zijn boodschap zal geen millimeter wijken.
Hij laat zich niet verleiden om te kiezen voor haat tegen haat, geen geweld tegenover geweld, Hij laat zich niet in met een list van vreselijke sluwheid.
Jezus strijdt deze strijd met al Zijn krachten en met de volledige inzet van Zijn hart.
Deze slag, deze strijd heeft satan verloren.
Maar ondanks dat gaat hij door, blijft hij de mensheid beïnvloeden, hij blijft op de loer liggen om bezit te nemen van een mens die door zwakte is getekend.
Hoe kijken wij in deze moderne tijd nu tegen de satan, de duivel, tegen de kwade machten aan?
Als je hierover spreekt kijken de mensen vaak met een blik van ongeloof, alsof je over iets verteld dat van een andere planeet komt.
Bij velen is dat geloof in de duivel en zijn rijk naar het land der fabelen verbannen of dat het thuishoort bij occulte praktijken.
Men stoelt het vaak alleen op uiterlijke kanten, hoe de duivel wordt gezien.
Maar ook de duivel is een geestelijk wezen, net als de andere engelen en kan zich in vele gedaanten en manieren manifesteren.
Het is de eindeloze strijd tussen goed en kwaad in deze wereld.
Maar is het dan niet zo dat men door deze gedachte, door ontkenningen, hem gaat dienen en hem vrij spel zal veroorloven?
Beste mensen, in deze moderne tijd weet men zo veel, men denkt alles te kennen, niets is nog te machtig, men denkt alles in de hand te hebben, maar wat velen nu niet meer weten en niet meer merken is dat hun hart koud en versteend is geraakt, dat ze de verkeerde kant opgaan.
De macht van het geld, losbandigheid op allerlei gebied, zelf kunnen beslissen over leven en dood, zinloos geweld, oorlog en terreur, noemt u maar op, heeft hen in de greep, ja, ze zijn gevangenen geworden.
We moeten niet meer in discussie gaan, ook Jezus deed dat niet, Hij gaf de satan een kort en bondig antwoord.
Laten ook wij deze houding aannemen wanneer wij beproefd worden door de duivel, door het kwaad, want we moeten er direct korte metten mee maken.
Als we de bekoring in ons toe laten zijn we al te laat en zal het bijna onmogelijk worden om satan buiten de deur te houden.
We kunnen ons alleen maar verweren tegen de bekoringen door te bidden, bewust te kiezen voor het luisteren naar Gods woord, vol vertrouwen de weg te gaan van Zijn geboden en door God waarachtig te aanbidden.
Zo mogen we erop vertrouwen dat de duivel ons met rust zal laten, evenals toen met Christus in de woestijn.
Moge voor ons deze vastentijd een tijd zijn om voortaan met meer wilskracht de aanvallen van de satan van ons te weren en dat God ook ons Zijn engelen zal zenden om ons te beschermen.
Amen

Hans Smits